We hebben het veel over je gehad.
10-07-2015
Nerveus ijsbeerde Dirk door de kamer. Hij had een vrije dag vandaag, maar dat was voor hem geen reden om te ontspannen. Het was de droom die hij vannacht had gehad, die hem door de kamer deed lopen als een gekooid dier.
Hij zat aan de rand van een zwembad bij een grote villa, ergens in Zuid-Europa, Spanje misschien. Om hem heen hoorde hij geklets van zijn vrienden, kennelijk hadden ze als groep besloten hierheen te gaan. Vanuit de keuken klonk muziek, gelach en het geluid van messen op snijplanken. Op het terras stond zijn beste vriend een zak met kooltjes open te scheuren. Ze gingen barbecuen, zoveel was duidelijk. Het was nog heerlijk warm en zijn voeten liet hij loom in het water hangen. Naast hem stond een koud biertje.
‘Aan tafel!’ klonk het toen. De wijnglazen waren gevuld, er stonden salades op tafel, schaaltjes met olijven en vers brood. Het eerste vlees van de barbecue ging rond. Het was mals, goed gekruid en perfect gebakken. ‘Bewaar nog wat ruimte voor de ronde met vis’ zei de vriendin van zijn beste vriend. ‘Iemand nog een beetje wijn?’ klonk het van rechts, ‘Wie wil de laatste mozzarella?’ klonk het van links.
Er was niks op de situatie aan te merken. Helemaal niks.
Toen tikte een vrouw op haar glas met de achterkant van haar mes. Iedereen werd stil en keek haar aan. Ze stond op en keek de tafel rond. Ze was bloedmooi, met glanzende blonde haren, staalblauwe ogen en een diepbruine huid. Dirk keek om zich heen om te zien bij wie ze hoorde, maar hij kwam er niet uit. ‘Graag wil ik even jullie aandacht,’ zei de vrouw met een stem die verbazingwekkend krachtig was voor zo’n smalle klankkast. Ze keek met een glimlach de tafel rond, iedereen keek vol belangstelling terug.
‘Jullie weten natuurlijk allemaal waarom we hier zijn. Of eigenlijk: bijna allemaal! Want Dirk, lieve, lieve Dirk, dit is een interventie.’ Dirk dacht even na, was een interventie niet alleen voor mensen die aan de drank of drugs waren? Hij lustte wel een glaasje, maar om nou een interventie…Voordat hij iets kon uitbrengen, vervolgde de vrouw haar verhaal: ‘Want ja Dirk, we hebben het veel over je gehad hoor. Heel veel. En weetje, jij doet het goed Dirk. Je doet het goed, wees niet bang. Werken, vrienden, sporten, reizen, vrouwen, een huis. Allemaal prima. Maar weet je wat het is, jij lieve, lieve Dirk?’ Hij schudde zijn hoofd.
De vrouw zwaaide drie keer met haar vinger in de lucht en de tafel begon in koor: ‘Er had meer in gezeten.’
‘Meer? Waarin? Hoe bedoel je?’ stamelde Dirk. Nu werd hij wakker. Hij opende zijn ogen en keek om zich heen. Naast hem zat de kat hem strak aan te kijken. Ze mauwde kort, het leek of ze wilde zeggen: ‘wist je dat dan niet?’ Hij was opgestaan en had de kat brokjes gegeven. Het beest had ze nauwelijks aangeraakt, waarmee zijn vermoeden werd bevestigd dat ze werkelijk dacht dat er meer in had gezeten. Daarna was Dirk gaan douchen, had hij koffie gezet en toen was het ijsberen begonnen.
Hij zette de radio aan, de Tour de France was de hele dag te horen. Hij hoorde de verslaggever vragen aan een renner of er niet meer in gezeten had voor de etappe van gisteren. ‘Dat kun je je altijd afvragen’, zei de renner, ‘maar als je zo diep gaat en het zuur je zo…’ Dirk zette de radio uit.
Hij pakte de cornflakes uit de kast en vulde een kommetje. Hij voegde een plens koude melk toe en las de verpakking van de cornflakes. ‘Verbeterde receptuur’ stond er op het pak. ‘Nu met 100 gram extra’ stond er ook op het pak. Kennelijk hadden ze een vergadering gehad, de mensen van de cornflakesfabriek. Hadden ze geconcludeerd dat er meer ingezeten had.
Hij keek om zich heen, naar het appartement dat hij vier jaar geleden had gekocht. Zou er meer ingezeten hebben? Had de prjs beter gekund? Benutte hij de ruimte wel goed? Zouden mensen bij hem op bezoek komen en dan op de terugreis in de auto tegen elkaar zeggen: ‘Leuk huis, maar er had meer ingezeten?’
Er was geen besluit dat Dirk kon bedenken waarbij het uitgesloten was dat er meer in gezeten had. Hij dacht aan de vrouwen met wie hij geweest was, de banen die hij gehad had, de reizen die hij gemaakt had, de feestjes die hij georganiseerd had, de auto’s die hij gekocht had… had er meer ingezeten?
Zijn telefoon ging. De telefoon waarvan hij zich nu afvroeg of hij hem wel ten volste aan het benutten was. Welke functies zou hij allemaal niet kennen? Functies die ongelofelijk leuk en slim waren? Functies waarmee je alles kunt optimaliseren, maximaliseren, waarmee je overal alles eruit kunt halen. De telefoon ging weer over. Het was zijn moeder.
‘Mam?’
‘Dirk, ik heb verdrietig nieuws,’ haar stem klonk gesmoord, ‘opa is dood.’
‘Dood? Hoezo? Het was toch niet ernstig, die operatie?’
‘Nee, maar het ging mis. Hij gleed weg. Ze hebben nog geprobeerd hem weer terug te halen. Maar het zat er niet meer in.’
‘Ik ben vrij vandaag. Ik kom nu naar je toe.’
Terwijl hij op zoek was naar zijn autosleutels, vroeg Dirk zich af hoe hij alles uit deze dag zou kunnen halen, wat de optimale route zou zijn, welke begraafplaats de allerbeste, welk pak hij zou dragen op de begrafenis…in deze maalstroom van gedachten vergat hij dat zijn keukenkastje nog open stond. Hij strikte zijn veter, kwam omhoog en stootte zijn hoofd hard tegen de punt van het kastje.
De scherpe pijn, er viel niets op aan te merken. Hij voelde tranen opwellen en besloot er alles uit te halen wat erin zat. Hij gierde met uithalen terwijl hij op de keukenvloer zat. Even later zou hij zich herinneren dat de autosleutels in zijn jaszak zaten en dan rustig naar zijn ouderlijk huis rijden.